In het Egyptische Nationaal Museum in Cairo zijn vier juwelen te bewonderen, die dateren uit de regeerperiode van koning Djer, een farao uit de Eerste Dynastie (3050- circa 2890 voor Christus). De sieraden lagen eeuwenlang verborgen onder het zand, vlakbij een leeggeroofd koningsgraf op een heuvel in de Midden-Egyptische plaats Abydos, waar ook de andere vorsten van het Archaïsche Tijdperk werden begraven.
Later zou de begraafplaats van de Egyptische koningen verhuizen van Abydos naar de omgeving van de trappenpyramiden in Sakkara/Memphis, aan de ingang van deNijldelta, en vervolgens naar de "Vallei der Koningen" in Luxor.
In 1901 werden de hierboven vermelde juwelen ontdekt in Abydos door de Britse archeoloog Flinders Petrie. Ze behoorden toe aan de vrouw of een dochter van farao Djer. Een ervan trekt meteen onze aandacht: een hals- of armband met afwisselend gouden,turkooizen en lazuurstenen rechthoekige plaatjes, waarin telkens de voorgevel is gegraveerd van het oud-Egyptische koninklijk paleis, waarop een valk (symbool van de beschermende Egyptische god Horus) is gezeten. De gestileerde voorgevel vertoont opvallend grote verwantschap met de geometrische vormgeving van de atlantisring! Deze 5000 jaar oude armband zou wel eens de ontbrekende schakel kunnen zijn tussen het tijdperk van Atlantis in het Neolithicum-Tijdperk (9.500-3.000 voor Christus) en de ons bekende Egyptische beschaving.
De oorspronkelijke atlantisring werd in 1860 ontdekt door de franse Egyptoloog markies d'Angrain, in een graftombe van een Egyptische hogepriester. De vondst had plaats tijdens opgravingen in de Vallei der Koningen in Luxor, aan de linkeroever van de Nijl. Het kostbare sieraad kwam in de vorige eeuw in bezit van de kleindochter van markies d'Agrain, de vrouw van Arnold de Bélizal. Deze laatste was een bekend archeoloog en radiësthesist. Dat is iemand die, bijvoorbeeld met een wichelroede, stralingen opspoort die uitgaan van de aarde, van alle voorwerpen en van mensen (aura). De Bélizal was ook een van de pioniers van de radionica, dat is de wetenschap over de stralingen, afkomstig van de vormen van voorwerpen.
de beschrijving van de AtlantisringIn de Atlantisring, oorspronkelijk in zandsteen uit de groeven van Assouan, zijn een aantal geometrische figuren gegraveerd, volgens een bepaalde esoterische orde, die een harmonisch geheel vormen en eigenlijk heel "tijdloos" ogen.
In het middengedeelte lopen drie lange parallelle rechthoeken, niet plat, maar in de vorm van een halve cilinder. Bij nader toekijken steekt de middelste iets boven de 2 andere uit.
In het verlengde van de lange rechthoeken zijn aan beide zijden drie, in totaal dus 6 kleine rechthoeken, gegraveerd.
Aan beide uiteinden is een gelijkbenige driehoek (piramidevorm), waarvan de punt is afgeplat. In het midden van die driehoeken is een klein, nauwelijks zichtbaar, putje. De groef langs de beide driehoeken loopt nog wat door, tot voorbij een geperforeerd gaatje. De twee gaatjes zijn dwars doorheen de ring geboord en langs de binnenkant met elkaar verbonden door een groef. Men zou de Atlantisring daarmee de eerste ring met 'airco' kunnen noemen!
De meest spectaculaire archeologische ontdekking van deze eeuw is zonder twijfel die van het graf van jonge Egyptische farao Toetanchamon, van de 18de Dynastie, die regeerde tussen 1345 en 1335 voor Christus. Na ruim 7 jaar graafwerken in het Dal der Koningen in Luxor stonden twee Britse archeologen, Howard Carter en Lord Carnarvon, op 26 november 1922 voor de ingang van het vrijwel ongeschonden grafcomplex van Toetanchamon, waarin zich de meest fabelachtige schat aller tijden bevond.
Vreemd is dat in de daaropvolgende jaren minstens 17 leden van de oudheidkundige expeditie in mysterieuze omstandigheden stierven. Het bekendste slachtoffer was Lord Carnarvon die op 6 maart 1924 overleed aan een mysterieuze ziekte. Volgens de geneesheren had de archeoloog een dodelijke infectie opgelopen door een muggenbeet maar die uitleg volstond niet. Volgens velen waren zij slachtoffer geworden van de "vloek der farao's" wegens grafschennis. De kranten verwezen daarbij naar een tekst op een kleitablet boven de verzegelde ingangsdeur van de grafkamer: "De dood zal met zijn vleugels treffen alwie de eeuwige slaap van de farao verstoort". Volgens anderen waren de wanden of de voorwerpen in de graftombe ingesmeerd met een langzaam werkende dodelijke gifstof.
Bepaalde wetenschapslui achten het ook niet uitgesloten dat, na 3500 jaar, door het binnendringen van vochtige buitenlucht bepaalde gevaarlijke virussen of bacteriën vrijkwamen uit de voedingswaren, die in het graf lagen opgeslagen. Sommigen achten het niet uitgesloten dat de oude Egyptenaren vertrouwd waren met de geheimen van kernenergie, en dat ze die toepasten op de graven van hun farao's, om indringers af te schrikken of te straffen.
Het meest merkwaardig is dat de verantwoordelijke van de expeditie, Howard Carter, ontsnapte aan de fameuze "vloek der farao's". Carter leidde van heel dichtbij de opgravingwerken in het graf van Toetanchamon, inventariseerde alle voorwerpen, assisteerde bij de studie van de mummie en hielp bij het inpakken en verhuizen van de schat naar het Egyptisch Nationaal Museum van Caïro. Carter werd 66 jaar en overleed in 1939 in zijn woning in Londen.
Op de vraag van een Belgisch diplomaat in Caïro waarom hij 17 jaar na de opzienbarende ontdekking van het graf van Toetanchamon ongedeerd was antwoordde Carter dat hij een talisman bezat, die een absoluut beschermingsmiddel was tegen alle mogelijke schadelijke invloeden. Meer bijzonderheden daarover vertelde hij niet.
Pas in 1940 vond men daarover meer bij de studie van zijn omvangrijke persoonlijke archief, dat berust in enkele tientallen kisten in het British Museum in Londen. Daarin verwijst Carter naar een ring, die hij had gevonden in de Vallei der Koningen, bij het begin van zijn verblijf als archeoloog in Egypte. De ring lag in de dodenkamer van opperpriester Jua en zijn vrouw. Beide mummies bevonden zich nog in een perfecte staat van bewaring. Volgens Carter lag de ring daar om de beide lichamen immuun te houden tegen verval en ontbinding. Tot aan zijn dood droeg Carter deze Atlantisring bij zich om zichzelf te beschermen tegen elke kwalijke invloed van buitenaf.
Arnold de Bélizal en andere radiësthesisten, zoals Roger de Lafforest, hebben de speciale invloed onderzocht van de Atlantis-ring. Die komt tot uiting op 3 domeinen:
Uiteraard moet u zich tevreden stellen met een kopie van de Atlantis-ring. De originele is privé-bezit van de Franse familie de Bélizal. Maar in sommige winkels en ook op het internet kan u getrouwe kopieën kopen. Ofwel
- in massief zilver (.999+) - ofwel in massief goud (18 karaat) |
Vooraleer de Atlantisring aan een van de vingers te schuiven moet ie worden gezuiverd van alle invloeden, die hij onderging tijdens het productieproces. Het lijkt een beetje « hocus pocus », maar het is noodzakelijk de ring te reinigen, volgens een welbepaald ritueel. Vaak wordt verwezen naar dat van koning Djoser van de Derde Egyptische Dynastie :